Een gulden regel

Laatst bijgewerkt: vrijdag 29 november 2019 Gepubliceerd: donderdag 22 november 2018 Geschreven door Lode Caes

Gij zult de Heer uw God beminnen met geheel uw hart,

geheel uw ziel, geheel uw verstand en geheel uw kracht.

Gij zult uw naaste beminnen als uzelf.

Er is geen ander gebod voornamer dan die” (Marcus 12, vers 31)

Wie een bepaalde materie goed beheerst kan er uren over spreken, maar is eveneens bekwaam om de stof in vijf minuten samen te vatten. Een aantal Joden, onder wie Jezus, waren bedreven in deze kunst. Zij kenden de hele Wet. Je zou terecht de bijbel, de wet en het leven kunnen samenvatten in de befaamde gulden regel: “Wat je niet wilt dat jou geschiedt, doe dat ook een ander niet.”

Jezus verbindt twee belangrijke zinnen uit de boeken van Mozes. De ene is: “U zult de Heer uw God liefhebben met heel uw hart en met heel uw ziel en met heel uw verstand.” en de tweede: “U zult uw naaste liefhebben als uzelf.”

Naastenliefde

Door de twee opdrachten samen te brengen werpt Jezus er een nieuw licht op. In het Lucasevangelie verduidelijkt Hij wie onze naaste is, en van wie wij zelf de naaste kunnen worden. Het verhaal over de barmhartige Samaritaan verlegt de grenzen van de naastenliefde. Jezus heeft het begrip naastenliefde breder gemaakt, door in de Bergrede op te roepen tot de liefde, zelfs voor de vijand, voor mensen die ons leven op een of andere manier zuur maken. (Mt 5, 43-48). Tijdens zijn afscheidsrede zoals deze in het Johannesevangelie opgetekend werd, spreekt Jezus over het nieuwe gebod van de liefde. Het nieuwe is dat Hij zelf die liefde heeft beleefd, en dat Hij zijn leerlingen vraagt te beminnen zoals hij hen heeft liefgehad.

Driehoeksverhouding

Hoe moeten wij het dubbelgebod begrijpen en beleven? Wat is prioriteit: God, de naaste of mezelf?

Het dubbelgebod volgt de contouren van een driehoek. Het omvat de liefde tot God, tot de naaste en tot zichzelf. Het merkwaardige aan dit gebod is dat ze erop wijst dat de mens voortdurend in relatie staat: ik leef met anderen. Iedere mens is mijn mogelijke naaste: wij ontvangen allen ons bestaan van God. Hij vraagt dat wij Hem beminnen.

Bij Jezus gaat het tweede gebod onvermijdelijk samen met het eerste. Wij zijn arm, indien we het louter houden bij het beminnen van de mens. Wanneer wij vóór God zullen staan, stelt volgens Matteüs, God nochtans geen enkele vraag over onze verhouding tot Hem. Maar toch geeft hij daar aan allen de vraag mee hoe het komt dat we niet wisten en niet zagen dat Hij aanwezig was bij de gevangene, de hongerige, de naakte? Het is een oproep die interpelleert – of toch niet?

Ik of de ander?

Wie ben ik? Hoe slaag ik erin om van mezelf iemand te maken die ik kan liefhebben? Ik mag waken over de kwaliteit van mijn leven, goed voor mezelf zorgen. Onze cultuur legt grote nadruk op het ego, op het ik. Anderzijds is er ook een tijd geweest waarin de aandacht voor het ik verdacht was, en waarin alles in het teken van de zelfverloochening stond.

De mens mag zich zeker ontplooien en ontwikkelen. Dit is een opdracht die hem vanaf zijn geboorte wordt meegegeven. De vraag die daarbij gesteld moet worden is: hoe ver reikt mijn vrijheid? Wie ben ik? Nog voor ik mezelf kan waarmaken en bevestigen, is er al zoveel dat ik gekregen heb. Omdat anderen mij lief hadden en hebben, kan ik op mijn beurt beminnen.

Volgens de heilige Augustinus, geven wij maar wat wij ontvangen hebben. Het ‘ik’ is geen eiland. Wat is prioritair dan? Ik of de ander? Indien je jezelf wil beminnen, moet je ertoe komen om jezelf te aanvaarden. Omdat God ons aanvaardt, mogen en kunnen wij onszelf aanvaarden. God wil er zijn voor iedere mens. Hij aanvaardt de anderen, net zoals Hij mij aanvaardt. Wanneer het voor mij moeilijk wordt om anderen te beminnen, zal dat inzicht, dat God hen bemint, me helpen om de stap in hun richting te zetten.

God, de anderen, ik

Wij zijn met elkaar verbonden. Mijn medemensen en ik leven in dezelfde wereld. Onze verbondenheid met elkaar danken wij aan de Vader van Jezus. In het dubbelgebod van de liefde steekt de gulden regel die Jezus al eerder aangaf: “Behandel de mens in alles zoals je wilt dat zij jullie behandelen”. Want dat is de enige wet en weg om zijn Rijk voelbaar en tastbaar te maken hier en nu en elke dag van ons leven.

Hits: 11812